Meer intelligentie bij de verwarmingsregeling: de nieuwe KNX-verwarmingsactoren HMT 6S/12S KNX
(Apeldoorn, maart 2018) Theben presenteert de nieuwe KNX-verwarmingsactoren HMT 6 S/12 S KNX voor montage bij de vloerverwarmingsverdeler. De KNX-verwarmingsactoren ondersteunen de automatische aanpassing van de aanvoertemperatuur aan de werkelijke behoefte en zorgen zo voor aanzienlijke energiebesparingen.
De nieuwe KNX-verwarmingsactoren HMT 6 S/12 S KNX van Theben kunnen eenvoudig met DIN-rail boven de vloerverwarmingsverdeler worden gemonteerd en bieden vele krachtige functies waarmee het energieverbruik van het verwarmingssysteem aanzienlijk kan worden verlaagd.
Op de behoefte afgestemde aanpassing van de aanvoertemperatuur
Elke KNX-verwarmingsactor kan de maximale stelgrootte van zijn kanalen automatisch berekenen en aan het systeem leveren. Bij meerdere verwarmingsactoren in een systeem wisselen deze, indien gewenst, hun maximale stelgroottes met elkaar uit. De zo berekende „maximale stelgrootte in het systeem“ kan naar de warmtegenerator worden gezonden. Op deze manier is een bijzonder energiezuinige aanpassing van de aanvoertemperatuur aan de werkelijke behoefte mogelijk.
Geen KNX-ruimtethermostaat nodig
Elk kanaal van de KNX-verwarmingsactoren kan als verwarmingsactor of verwarmingsregelaar worden gebruikt. Als verwarmingsactor wordt de stelgrootte van een KNX-regelaar ontvangen en wordt de thermomotor overeenkomstig aangestuurd. Als verwarmingsregelaar ontvangt een kanaal de werkelijke waarde vanuit een ruimte alsmede de gewenste waarde en de bedrijfsmodus. Op basis daarvan berekent het kanaal de stelgrootte en stuurt de aangesloten thermomotor aan. Zo is nog slechts één temperatuursensor nodig. Een KNX-ruimtethermostaat hoeft niet meer te worden gebruikt.
Variabel uitgangssignaal
Elke uitgang kan thermomotoren aansturen via 24 V DC pulsbreedtemodulatie of een 0-10 V-signaal. Dit maakt de eenvoudige aanpassing aan bestaande systemen mogelijk en breidt de keuze van compatibele thermomotoren uit. Met het 0-10 V-signaal kan de temperatuur bijzonder nauwkeurig met de thermomotoren worden afgestemd. Bovendien kunnen daarmee ook andere besturingen zoals een ventilatiebesturing of mengkleppen worden aangestuurd.
Op behoefte afgestemde aansturing van de verwarmingscircuitpomp
Met een geïntegreerd schakelrelais kan een verwarmingscircuitpomp op basis van de warmtebehoefte worden aangestuurd. Bovendien is een object voor de aansturing van een aanvullende pomp beschikbaar. Elk kanaal kan, indien gewenst, aan geen, een of beide pompbesturingen deelnemen. Als geen verwarmings- of koelenergie nodig is, kunnen de verwarmingscircuitpompen automatisch worden uitgeschakeld, waardoor energie wordt bespaard.
Handige beveiligingsfuncties
De geïntegreerde klepbeveiliging voorkomt dat de kleppen gaan vastzitten als de stelgrootte langere tijd (7 dagen) niet wordt veranderd. Zo is het systeem aan het begin van de volgende verwarmingsperiode direct gebruiksklaar. Bovendien kan elk kanaal een noodprogramma uitvoeren, wanneer de stelgrootte of de werkelijke temperatuur uitvalt. Zo wordt eventuele schade aan bouwvoorzieningen effectief voorkomen.
(2.911 tekens zonder koptekst)
Verkorte tekst/samenvatting
De nieuwe KNX-verwarmingsactoren HMT 6 S/12 S KNX van Theben kunnen eenvoudig met DIN-rail boven de vloerverwarmingsverdeler worden gemonteerd. Dankzij een automatische berekening van de maximale stelgrootte kan de aanvoertemperatuur energiezuinig op de werkelijke behoefte worden afgestemd. Elk kanaal kan als verwarmingsactor of verwarmingsregelaar worden gebruikt. In plaats van een KNX-ruimtethermostaat is nog slechts één temperatuursensor nodig. Elke uitgang kan thermomotoren via 24 V DC of 0-10 V aansturen. Dit vereenvoudigt de aanpassing aan bestaande systemen en breidt de keuze van compatibele thermomotoren uit. Met het 0-10 V-signaal kan de temperatuur met de thermomotoren bijzonder nauwkeurig worden afgestemd. Met een geïntegreerd schakelrelais kan een verwarmingscircuitpomp op basis van de behoefte worden aangestuurd. De klepbeveiliging voorkomt dat de kleppen gaan vastzitten als de stelgrootte gedurende min. 7 dagen niet veranderd. Bovendien kan elk kanaal een noodprogramma uitvoeren, wanneer de stelgrootte of de werkelijke temperatuur uitvalt.